Methodiek Keuzegids mbo 2024

In de Keuzegids mbo 2024 vind je heel veel informatie over mbo-opleidingen. Waar komt al die informatie vandaan? En hoe komen de gegevens over studiesucces en arbeidsmarkt tot stand? Op deze pagina leggen we het je uit. Eerst globaal, en voor de echte diehards ook tot in de kleinste details.

Waar komt de informatie uit de Keuzegids vandaan?

Wij werken met informatie uit betrouwbare bronnen, zoals arbeidsmarktcijfers van het schoolverlatersonderzoek (de BVE-Monitor) van het Researchcentrum voor Onderzoek en Arbeidsmarkt (ROA) en studiesuccescijfers van OCW-DUO en de MBO Raad.

Welke opleidingen?

De Keuzegids beschrijft alle officieel geregistreerde opleidingen (kwalificaties) uit het centraal register CREBO per vakgebied. Voor het aanbod van de instellingen gebruiken we de registratie in het Register Instellingen en Opleidingen (RIO). Hierbij worden de opleidingen meegenomen die een geldig cohort hebben voor het schooljaar 2024-2025. Dat zijn er ongeveer 450.

Dit jaar is de Keuzegids ingedeeld in 47 overzichtelijke artikelen en tabellen per vakgebied. Doordat er zoveel verschillende opleidingen in het mbo zijn, worden de opleidingen die bij hetzelfde vakgebied horen samengevoegd. Onder één arbeidsmarkt- of studiesuccescijfer kunnen dus meerdere opleidingen vallen. Welke opleidingen dit zijn is beschikbaar in een apart bestand: opleidingen per vakgebied 2024.

In elk artikel geven wij een overzicht van mbo-scholen die in dat vakgebied opleidingen aanbieden. In de online tool ‘Locatiecheck’ is het aanbod per instelling in te zien.

Geen studentenoordelen in Keuzegids mbo 2024

Waar we voor het mbo voorheen gegevens uit de JOB-monitor gebruikten, kunnen we dat vanaf vorig jaar helaas niet meer doen. JOB MBO heeft besloten deze gegevens niet meer met ons te delen, vanwege kritiek van een aantal ROC’s op onze vergelijkende methode. Meer hierover lees je in het artikel ‘Een Keuzegids zonder kwaliteitsvergelijking’ in de Keuzegids mbo 2024.

Onderaan elk artikel staat er een overzicht van alle instellingen die de opleidingen uit het artikel aanbieden, ingedeeld per regio. Daarnaast geven we per artikel twee infographics weer met gegevens over studiesucces en arbeidsmarkt. Hieronder lees je daar meer over. De vergelijkingen van instellingen op basis van studentenoordelen, de totaalscores en de rankings vind je zoals aangegeven helaas niet meer terug in deze Keuzegids.

Wil je meer weten over hoe de gids werkt? Ga dan naar de Leeswijzer, of kijk bij onderstaande kopjes om na te lezen hoe de verschillende cijfers en gegevens in de gids tot stand komen.

 

Feiten

In de online Locatiecheck wordt bij elke opleiding het niveau (2, 3 of 4) en de leerweg (bol/bbl/ovo) getoond. Beide soorten gegevens zijn afkomstig van RIO.


Weer naar boven

Arbeidsmarkt

Per studierichting/artikel geven wij cijfers over de gemiddelde positie van gediplomeerde mbo’ers op de arbeidsmarkt. Deze zijn gebaseerd op gegevens van het Researchcentrum Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA) van de Universiteit Maastricht. De cijfers komen uit een jaarlijkse enquête onder recent gediplomeerden van het mbo. Om zo actueel mogelijk te zijn, hebben wij alleen de gegevens van het laatste enquêtejaar gebruikt. Dit betreft de BVE-Monitor 2022 (ROA 2023).

Voor een eerlijke vergelijking tussen vakgebieden is in bijna alle vakgebieden de volgende selectie gehanteerd (een enkele uitzondering wordt in de Keuzegids vermeld):

  • leeftijd ten tijde van enquête tussen 17 en 33 jaar
  • niveau 3 en 4 (alleen bij medewerker ICT betreft het bol niveau 2)
  • leerweg bol

In elk artikel vind je de vier arbeidsmarktgegevens weergeven in onderstaande tabel. Daarbij worden de gemiddelde cijfers van de studierichting (artikel) getoond, en daaronder geven we aan wat het gemiddelde is van het hele vakgebied (hoofdstuk):

  1. Leert door: Wanneer afgestudeerden aangeven niet werkzaam te zijn op het moment van enquêteren, dan kan dat zijn omdat ze verder zijn gaan studeren. Dit percentage geeft aan hoeveel mbo-studenten na het behalen van een diploma op niveau 3 of 4 zijn gaan doorstuderen. Hierbij hebben we ook gediplomeerden meegeteld die duaal studeren of ‘werkend leren’.
  2. Aan het werk: Geeft aan hoeveel procent van de ondervraagden anderhalf jaar na het afstuderen minstens 12 uur per week (betaald) aan het werk is. De combinatie werk/studie is hierbij niet meegeteld.
  3. Uurloon: Het gemiddelde bruto uurloon van de gediplomeerden die aan het werk zijn.
  4. Goed voorbereid op baan: Hiervoor werd de pas afgestudeerde studenten het volgende gevraagd: “Vormde je opleiding een goede basis voor je start op de arbeidsmarkt?”. De ondervraagden konden een score van 1 tot 5 (zeer slecht tot zeer goed) geven. Weergegeven is het percentage dat een score 4 (goed) of 5 (zeer goed) gaf op deze vraag.


Weer naar boven

Studiesucces

Per studierichting/artikel tonen wij cijfers over het studiesucces van mbo’ers die een opleiding uit het artikel volgen of hebben gevolgd. Het gaat om de meest recente gegevens, afkomstig uit het bestand ‘Indicatoren kwaliteitsafspraken mbo’ van DUO/OCW en de MBO Raad, met peildatum 1 oktober 2022.

In elk artikel vind je de drie studiesuccescijfers weergeven in onderstaande tabel. Daarbij worden de gemiddelde cijfers van de studierichting (artikel) getoond, en daaronder geven we aan wat het gemiddelde is van het hele vakgebied (hoofdstuk):

  1. Eerste jaar gehaald (succes eerstejaars): percentage eerstejaars dat een jaar later nog steeds bij dezelfde instelling studeert of de instelling met een diploma heeft verlaten in 2021-2022. Dit hoeft niet bij dezelfde opleiding en instelling te zijn waar men is ingestroomd.
  2. Geen diploma (vroegtijdige schoolverlaters): percentage studenten dat zonder startkwalificatie het onderwijs heeft verlaten ten opzichte van het aantal studenten dat aan het begin van het schooljaar 2021-2022 ingeschreven stond.
  3. Passend diploma (kwalificatiewinst en succes eerste jaar hbo): gebaseerd op de indicator kwalificatiewinst, waarvan sprake is bij een (positief) verschil tussen het behaalde diplomaniveau in het mbo en het niveau van vooropleiding in het voortgezet onderwijs. Deze indicator wordt uitgedrukt in het percentage dat een diploma heeft behaald op minimaal het niveau dat op basis van de vooropleiding kan worden verwacht. Omdat de kwalificatiewinst onder gediplomeerden op niveau 4 altijd 100% is, gebruiken we voor niveau 4 het percentage studenten dat succesvol het eerste jaar op het hbo doorloopt. In artikelen waarin zowel niveau 2 en 3 als niveau 4 voorkomt, is een gecombineerde score gemaakt van de kwalificatiewinst voor niveau 2 en 3, en het succes op het hbo voor niveau 4. Peiljaar is 2021-2022.

Weer naar boven