In de Keuzegids masters 2021 vind je heel veel informatie over hbo- en wo masters. Waar komt al die informatie vandaan? En hoe komen de oordelen tot stand? Op deze pagina leggen we het je uit. Eerst globaal, en voor de echte diehards ook tot in de kleinste details.
Waar komt de informatie uit de Keuzegids vandaan?
Wij werken met informatie uit betrouwbare bronnen, zoals de studentenoordelen uit de Nationale Studenten Enquête (NSE) en arbeidsmarktcijfers van het Researchcentrum voor Onderzoek en Arbeidsmarkt (ROA).
De data selecteren en bewerken wij vervolgens zelf. Daarbij vinden we het belangrijk dat de cijfers vergelijkbaar zijn, en dat ze relevant zijn voor studiekiezers. Voor de studentenoordelen kijken wij naar concrete vragen uit de NSE, bijvoorbeeld over de docenten of de praktijkgerichtheid. Algemene vragen zoals ‘Zou je de opleiding aanraden aan anderen?’ vallen af.
Welke opleidingen?
In deze gids zijn alle masteropleidingen opgenomen die aan drie voorwaarden voldoen:
Hoe komen de oordelen uit de Keuzegids tot stand?
Je kunt de resultaten van de NSE op verschillende manieren weergeven. Op de website van Studiekeuze123 worden absolute scores getoond. Je ziet dan bijvoorbeeld dat een bepaalde master 3,4 op het thema ‘docenten’ scoort, maar wat betekent dat cijfer eigenlijk? Pas als je weet dat masters gemiddeld 3,63 op dit thema scoren, zie je dat deze opleiding daar duidelijk onder zit. In de Keuzegids werken we daarom met relatieve scores, die laten zien of een opleiding hoger, lager of gelijk aan het gemiddelde scoort. Hoe een opleiding op een thema scoort, zie je aan de symbolen in de tabel. Staat er een ‘o’, dan scoort de opleiding op dit thema rond het gemiddelde. Een plusje betekent bovengemiddeld en een minnetje ondergemiddeld. Een opleiding kan minimaal drie minnen en maximaal twee plussen behalen.
Elke opleiding wordt in de Keuzegids op verschillende aspecten beoordeeld. Uit alle NSE-vragen hebben we op basis van tien thema’s de vragen met de beste onderlinge samenhang geselecteerd. Wij nemen per thema alleen de vragen mee die écht iets over het thema zeggen.
In tegenstelling tot de andere Keuzegidsen geven we aan de verschillende opleidingen geen totaalscore, oordeel en topopleiding predicaat. Dit jaar gebruiken we voor de beoordeling van opleidingen namelijk alleen data uit de Nationale Studenten Enquête. De mening van studenten is zeer waardevol, maar niet genoeg om iets te zeggen over de kwaliteit van de opleiding.
Geen nieuwe gegevens uit de Nationale Studenten Enquête
Afgelopen jaar heeft de Vereniging Hogescholen besloten niet mee te werken aan de uitvoering van de enquête in 2019 vanwege technische problemen bij het invullen van de enquête. Dit betekent dat er in 2019 geen nieuwe resultaten waren voor de studentenoordelen van de bekostigde hogescholen. Het grootste deel van de particuliere hogescholen heeft in 2019 wel meegewerkt aan de NSE. Deze nieuwe gegevens zijn toen opgenomen in de Keuzegids. Voor de oordelen van de bekostigde hogescholen (en enkele particuliere hogescholen) gebruikten we de resultaten van de NSE 2018.
De meeste universiteiten hebben in 2019 wél meegewerkt aan de NSE. Daarom konden we voor de wo-masters dus wel de nieuwste gegevens gebruiken.
Dit jaar is er als gevolg van de coronacrisis helemaal geen NSE uitgezet. We hebben in de gids van dit jaar daarom de gegevens uit de NSE2018 (hbo-masters), en uit de NSE2019 (wo-masters) gebruikt.
Wil je meer weten over hoe de gids werkt? Ga dan naar de Leeswijzer.
Hoe we aan onze data komen en op welke wijze we de oordelen precies berekenen, wordt hieronder in detail uitgelegd. Klik op een van de knoppen voor meer informatie.
Naast informatie over de opleidingen, studentenoordelen en arbeidsmarktgegevens, vind je in de tabellen de meest voorkomende specialisaties en het percentage internationale studenten. In de online mastervergelijker vind je daarnaast ook informatie over onder andere specialisaties, collegegeld, duur en voertaal van de opleidingen.
Voor de specialisaties doen wij onderzoek op de websites van opleidingen. De specialisaties zijn terug te vinden in de mastervergelijker, en worden ook uitgelicht in de artikelen, voor zover de ruimte dat toelaat.
Deze cijfers komen van DUO ‘1 cijfer H.O.’, bewerking Nuffic. Wanneer het om minder dan 5 internationale studenten gaat (0-4 studenten) is alléén bij opleidingen met N> 100 een percentage < 5% weergegeven, en alléén bij opleidingen met N> 400 een percentage < 1% weergegeven. Bij kleinere opleidingen is ‘nb’ weergegeven. ‘nb’ omvat ook opleidingen waarvan geen gegevens bekend zijn.
De data die wij zelf bewerken in de Keuzegids masters 2021 zijn verdeeld over twee onderwerpen: de studentenoordelen, gebaseerd op de data van de Nationale Studenten Enquête, en de arbeidsmarktgegevens, afkomstig uit de Nationale Alumni Enquête.
De studentenoordelen van wo-masters en de hbo-masters van particuliere hogescholen zijn gebaseerd op resultaten van de Nationale Studenten Enquête (NSE) 2017 t/m 2019, en de studentenoordelen van de hbo-masters van bekostigde hogescholen zijn afkomstig uit de NSE 2016 t/m 2018. De weergave van studentenoordelen in de Keuzegids betreft eigen selecties en bewerkingen van deze data, afkomstig uit het “landelijk benchmarkbestand” van de NSE. Daarom zijn onze oordelen niet per definitie hetzelfde als de oordelen in andere publicaties van de NSE (bijvoorbeeld zoals op de website Studiekeuze123).
Wij geven hieronder de essentie van onze bewerkingen en normen weer. Voor instellingen die interesse hebben in een gedetailleerde rapportage over sterke en zwakke punten van hun opleidingen (inclusief meerjarige trend) bestaat de mogelijkheid om hier speciale benchmarkrapporten te bestellen.
Onze bewerking van de masteroordelen omvat de volgende stappen:
Omdat we zo betrouwbaar mogelijk willen zijn, hanteren wij in stap 4 andere normen dan de officiële rapportages over de Nationale Studenten Enquête. De door ons gehanteerde normen kunnen tot gevolg hebben dat een opleiding bij ons geen oordeel krijgt, terwijl deze wel een oordeel heeft op de website Studiekeuze123.
In stap 1 en 5 proberen wij uit een veelheid aan enquêtevragen de essentie over onderwijskwaliteit te destilleren – en wel zodanig, dat dit ook aansluit op kwaliteitsthema’s uit het verleden.
Hierna focussen wij op de thema-indeling en de klassengrenzen. Allereerst de selectie en thema-indeling van enquêtevragen:
Hoofdthema | Vraagnummer | Korte formulering |
---|---|---|
1. PROGRAMMA | Inh-1 | Niveau van de stof |
Inh-4 | Onderwijs stimulerend | |
Inh-6 | Samenhang programma | |
Inh-7 | Gehanteerde werkvormen | |
Uitd_01 | Uitgedaagd het beste uit jezelf te halen | |
2. TOETSING | Toe-1 | Duidelijke criteria |
Toe-2 | Aansluiting op de stof | |
Toe-4 | Toetsing kennis/inzicht | |
Toe-5 | Toetsing vaardigheden | |
3. DOCENTEN | Doc-1 | Docenten deskundig |
Doc-2 | Didactische kwaliteit docenten | |
Doc-5 | Begeleiding door docenten | |
Doc-6 | Feedback van docenten | |
4. WETSCH. VORMING (HBO: “onderzoek”) |
Wetv-2 | Kritisch beoordelen van publicaties |
Wetv-4 | Schrijven van wetenschappelijke artikelen | |
Wetv-5 | Methoden en technieken v. onderzoek. | |
Wetv-7 | Zelf onderzoek doen * | |
5a PRAKTIJKGERICHTHEID Algemene vaardigheden |
AlV-1 | Kritische houding gestimuleerd |
AlV-3 | Probleemoplossend vermogen | |
AlV-4 | Onderbouwen conclusies | |
AlV-7 | Argumenteren ** | |
5b PRAKTIJKGERICHTHEID Voorbereiding beroep |
VbB-1 | Opdoen van beroepsvaardigheden |
VbB-2 | Praktijkgerichtheid | |
VbB-3 | Contact beroepspraktijk | |
6. HAALBAARHEID | Slast-1 | Spreiding studielast over ’t jaar |
Slast-2 | Haalbaarheid deadlines | |
Slast-4 | Mogelijkh. onvertraagd studeren | |
Roost-3 | Studierooster studeerbaar? | |
Info-2 | Informatie studievoortgang | |
Info-5 | Tijdige uitslagen toetsen | |
7. BEGELEIDING | Sbe-4 | Beschikbaarh. studiebegeleiding |
Sbe-5 | Kwaliteit studiebegeleiding | |
Doc-3 | Bereikbaarheid docenten | |
Doc-4 | Docenten betrokken bij studie | |
8. FACILITEITEN | Sfa-1 | Kwal. onderwijsruimten |
Sfa-3 | Werkplekken zelfstudie | |
Sfa-5 | Bibliotheek | |
Sfa-6 | ICT-faciliteiten | |
Sfa-7 | Digitale leeromgeving | |
9. INTERNATIONALISERING | Int-1 | Stimuleren om in het buitenland te studeren |
Int-2 | Kennismaken met andere culturen | |
Int-3 | Aandacht voor internationale aspecten | |
10. UITDAGEND ONDERWIJS | Uitd-2 | Ruimte voor eigen interesse |
Uitd-3 | Verdieping in lesstof stimuleren | |
Uitd-4 | Studenten inspireren elkaar | |
*) bij hbo-masters vervangen door Wetv-1: “analytisch denken” **) bij hbo-masters vervangen door AlV-6: “samenwerken” |
De scores per thema zijn gebaseerd op het gemiddelde van de onderliggende vraagscores.
Alle studentenoordelen per master worden steeds vergeleken met het landelijke gemiddelde. Voor universitaire masters is dat het gemiddelde van alle oordelen over voltijd wo-masters. Voor hbo-masters is dat het gemiddelde van alle oordelen over hbo-masters. Hieronder geven wij de gemiddelde scores en standaarddeviaties (van opleidingsscores) per hoofdthema.
Wo-masters | Hbo-masters | |||
---|---|---|---|---|
Thema | Gemidd (x) | Stdev (d) | Gemidd (x) | Stdev (d) |
Programma | 3,92 | 0,26 | 3,85 | 0,30 |
Toetsing | 3,77 | 0,27 | 3,66 | 0,32 |
Docenten | 3,91 | 0,26 | 3,89 | 0,32 |
Wet. vorming/ Onderzoek | 3,90 | 0,30 | 3,76 | 0,29 |
Praktijkgerichtheid | 3,79 | 0,30 | 3,83 | 0,27 |
Studeerbaarheid | 3,71 | 0,27 | 3,57 | 0,30 |
Begeleiding | 3,80 | 0,30 | 3,86 | 0,31 |
Faciliteiten | 3,71 | 0,30 | 3,65 | 0,34 |
Internationalisering | 3,31 | 0,53 | 3,50 | 0,30 |
Uitdagend onderwijs | 3,79 | 0,33 | 4,05 | 0,40 |
Deze gemiddeldes vormen de basis voor de beoordeling in de Keuzegids; in de gids worden de verschillen zichtbaar gemaakt. Elke kwaliteitsklasse is 1 standaarddeviatie breed. De klassengrenzen voor het bepalen van de scores in de Keuzegids masters zien er dan als volgt uit:
Gebruikt symbool | – – – | – – | – | o | + | ++ |
---|---|---|---|---|---|---|
Waarden | < 3,270 | 3,270 – 3,529 | 3,530 – 3,789 | 3,790 – 4,049 | 4,050 – 4,309 | > 4,309 |
Algemene formules klassengrenzen | ||||||
Formule ondergrens | nvt | x – 2,5d | x – 1,5d | x – 0,5d | x + 0,5d | x + 1,5d |
Formule bovengrens | x – 2,5d | x – 1,5d | x – 0,5d | x + 0,5d | x + 1,5d | nvt |
Voor alle hoofdthema’s geldt een vergelijkbare kansverdeling van de verschillende scores. Gerekend in aantallen studenten is deze kansverdeling symmetrisch, maar als we naar opleidingen kijken is hij scheef. Dat komt doordat kleinere opleidingen vaker bovengemiddelde scores behalen.
Bij meerjarige bundeling bij opleidingen met (te) kleine studentenaantallen berekenen wij waar mogelijk een gemiddeld oordeel over twee of drie enquêtejaren. Deze oordelen worden aan dezelfde normen onderworpen als die van louter 2019.
In elk vakartikel in de Keuzegids vind je cijfers over de baankansen na je studie. De gegevens over wo-masters komen uit de grote enquête onder pas (sinds 1,5 jaar) afgestudeerden, de Nationale Alumni Enquête (NAE) van de VSNU. De gegevens over hbo-masters zijn afkomstig uit de hbo-monitor. Keuzegids wil deze gegevens zo verwerken dat je een eerlijke vergelijking tussen de studies kunt maken. Dat gaat niet vanzelf, maar met steun van het onderzoeksinstituut ROA van de Universiteit Maastricht is dat toch gelukt. Zie hieronder een uitleg over de hoofdpunten.
De gegevens ‘bruto maandinkomen’ en ‘goed voorbereid op werk’ zijn gebaseerd op de Nationale Alumni Enquête (NAE) 2017 van de vereniging van universiteiten (VSNU). Dit is een enquête onder afgestudeerde masters. Deze gegevens worden geleverd door het ROA, in opdracht van het VSNU. De ‘arbeidsmarktprognose’ betreft de prognoses van het ROA, geactualiseerd in januari 2021.
In de Keuzegids Online kunt u tot tien masters met elkaar vergelijken op studentenoordelen en verschillende feiten, zoals praktische informatie, collegegeld, specialisaties en toelatingseisen. Hieronder geven wij aan hoe we aan deze informatie zijn gekomen.
De informatie over de opleidingsvorm, aantal studiepunten, mastertitel, opleidingscode en website halen wij uit de landelijke studiekeuzedatabase van Studiekeuze123. Deze informatie checken wij en vullen wij vervolgens aan met behulp van de websites van de opleidingen, waarbij we ook het startmoment en de voertaal invullen.
Voor de voertaal doen wij eigen onderzoek op de websites van opleidingen. De gegevens uit landelijke bronnen (croho-register, studiekeuzedatabase) blijken namelijk niet altijd volledig en correct.
standaard
Vermeld is het tarief voor 60 ects van voltijdstudenten in hun ‘eerste studie’ in studiejaar 2021/2022. Bij de bekostigde hogescholen is dit vrijwel altijd het wettelijk collegegeld. Dit is 2168 euro. In enkele gevallen mogen bekostigde instellingen van dit tarief afwijken.
tweede studie
Instellingscollegegeld geldt voor studenten die al een mastergraad behaald hebben. Uitzonderingen vormen studenten die voor de eerste keer een master in de zorg of het onderwijs volgen (daarvoor geldt het standaard tarief).
De gegevens komen uit het landelijke 1CHO-bestand (‘1 cijfer H.O.’). Wij haalden deze cijfers dit jaar uit de landelijke studiekeuzedatabase van Studiekeuze123.
Voor de specialisaties doen wij onderzoek op de websites van opleidingen. We vermelden alle tracks van een master, mits daar informatie over te vinden is op de website van de opleiding. Ook als de opleiding een algemeen programma heeft, wordt dit in de mastervergelijker vermeld.
Hier lees je wat de termen in het selectieblok van de mastervergelijker betekenen. Alle informatie over selectie is van toepassing op studenten die een bachelor behaald hebben aan een Nederlandse universiteit of hogeschool.
Toelating direct
Hierbij word je zonder verdere eisen toegelaten met een bachelor die voldoende aansluit op de master. Voor een wo-master is in principe altijd een wo-bachelor nodig, tenzij anders vermeld.
Toelating indirect
Er is sprake van indirecte toelating als je een selectieprocedure moet doorlopen (selectie/loting), als de vooropleiding wordt gecheckt door een commissie, of als een premaster voorwaarde is voor toelating.
Toelating individueel bekeken
Een commissie beoordeelt in hoeverre je vooropleiding/ervaring voldoende aansluit. Hierna word je alsnog zonder verdere eisen toegelaten. Meestal wordt er gekeken naar vooropleiding, maar soms ook naar kwaliteiten, vaardigheden of werkervaring.
Selectie-eisen
Geldt voor selectieve studies. Er wordt bijvoorbeeld gekeken naar de hoogte van cijfers, assessment of interview. Motivatie en cv e.d. worden als ‘standaard’ beschouwd en daarom niet specifiek genoemd. Dat geldt ook voor bepaalde kwaliteiten, zoals ‘interesse in onderzoek.’ Bij selectie wordt ook altijd gecheckt of de vooropleiding voldoende aansluit.
Als er behalve standaardeisen geen andere selectiecriteria worden genoemd, wordt ‘alleen standaardeisen’ vermeld. Als de selectiecriteria helemaal niet worden toegelicht, worden de eisen als ‘onbekend’ aangemerkt.
Taaleisen
Bij ‘Ja’ geldt een taaleis voor studenten met een bachelor aan een Nederlandse universiteit, in de vorm van een taaltoets als IELTS of TOEFL. Vrijstellingen zijn vaak mogelijk (bijv. voor Engelstalige bachelors). Als er niets is ingevuld, kan het zijn dat je als hbo’er wel moet kunnen aantonen dat je Engels op vwo-niveau beheerst.